zondag 18 februari 2024

Voedselcoöperaties

 Weet u wat u eet? Grote kans dat de sperziebonen op uw bord uit Afrika komen, de rijst uit de Verenigde Staten en de frambozen in de yoghurt uit de Balkan. Landbouw is een mondiale bedrijfstak geworden en daarbinnen is de Nederlandse agrofoodsector een grote speler: het leeuwendeel van de agrarische productie in ons land is bestemd voor de export. De branche krijgt internationaal veel waardering en loopt vergeleken met andere landen voorop in efficiëntie, duurzaamheid en veiligheid.

Ook in Overijssel vinden we veel grootschalige agrobedrijven die de wereld als werkterrein hebben. Maar steeds meer boeren kiezen voor kleinschalige activiteiten. Ze spelen in op trends als biologische, duurzame en lokale productie. Voorbeeld: vanuit haar winkel verkoopt beleefboerderij De Ydenhoeve in buurtschap Collendoorn (gemeente Hardenberg) groente, fruit, aardappelen, scharrelvlees, boerenzuivel, eieren, kaas, vruchtensappen en ijs. Vooral bij hoogopgeleide stedelingen winnen dergelijke streekproducten aan populariteit. Ze willen graag weten waar hun eten vandaan komt en vinden het belangrijk dat hun voedsel verantwoord – lees: veilig, gezond en klimaatvriendelijk – wordt geproduceerd.

Vroeger waren streekproducten de norm. Het ommeland voorzag de stad van vlees, zuivel, graan en groenten. Zo zorgden landgoederen in het buitengebied van Deventer ervoor dat de inwoners van de Hanzestad genoeg te eten hadden. Maar hoe zorg je vandaag de dag voor meer ‘streekeigen’ voedsel op je bord? Dat is niet eenvoudig, want de wereldwijde ratrace tussen voedselproducenten en de dominantie van supermarkten laten zich niet een-twee-drie doorbreken. Zolang consumenten niet bereid zijn om wat meer voor hun eten te betalen, blijft het huidige systeem van voedselvoorziening in stand. En boeren die wel uit de keten durven stappen, lopen vaak tegen logistieke en marketingproblemen aan.

Toch zijn er lichtpuntjes. Neem de opkomst van voedselcoöperaties. Het idee is simpel: een groepje mensen spreekt met elkaar af om gezamenlijk bij één of meer boeren in de buurt producten in te kopen. Een voorbeeld is coöperatie ‘de Autark’ in het Sallandse dorp Broekland. De 35 deelnemers bestellen hun vlees, eieren, groente en fruit bij diverse boeren uit de omgeving. Wekelijks plaatsen de gezinnen via een website hun bestelling. Op zaterdag pikt een deelnemer van de Autark de bestelde producten op om ze vervolgens naar een centraal afhaalpunt te brengen. Qua omvang en marktaandeel stellen voedselcoöperaties nog niet veel voor. Maar ze hebben een belangrijke publieksfunctie. Net zoals streekmarkten en rondleidingen op de boerderij dragen de coöperaties bij aan bewustwording bij de consument. Maatschappij- en milieubewust voedsel is gewoon om de hoek verkrijgbaar! Ook overheden en instellingen kunnen het goede voorbeeld geven, bijvoorbeeld door kantines te stimuleren producten zoveel mogelijk regionaal in te kopen. Want zeker voor eten uit eigen streek geldt het spreekwoord ‘zien eten, doet eten’.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten