dinsdag 2 juli 2024

Gelukshormonen


Steeds meer wetenschappers beschouwen het platteland als een ‘therapeutisch landschap’. Een natuurrijke omgeving, zoals het Overijsselse buitengebied met zijn vele bomen, weilanden en ander groen, zou bijdragen aan een gezonde geest in een gezond lichaam. Even wandelen in de vrije natuur heeft al therapeutische werking. In een Amerikaanse studie bleek zelfs dat patiënten die vanuit hun ziekenhuisbed uitkeken op groen sneller herstelden dan patiënten die uitzicht hadden op een blinde muur. Het kijken naar een natuurposter schijnt al rustgevend te werken. Kortom: van buiten word je beter.

 

Dat de natuur helende werking heeft, ligt allereerst aan de stofjes die er voor komen. Om zich te beschermen tegen insecten scheiden planten en bomen bijvoorbeeld natuurlijke oliën uit die ‘fytonciden’ bevatten. Op de mens hebben ze zowel een kalmerend als een opwekkend effect. Wie zich in de natuur bevindt, ademt die fytonciden vanzelf in. Ook komen we buiten in contact met bodembacteriën die in de evolutie van de mens een belangrijke rol hebben gespeeld. De bacteriën zetten in ons lichaam een proces in werking waarbij serotonine vrijkomt. Stofjes zoals serotonine worden ook wel ‘gelukshormonen’ genoemd, omdat mensen er zo ontspannen, voldaan en blij van worden – vergelijkbaar met het gevoel dat hardlopers ervaren als ze zich flink hebben ingespannen. Daarnaast heeft de natuur een gunstig effect op ons reukvermogen. De frisse geur van een bos na een regenbui of het aroma van vers gemaaid gras kent iedereen. Verder spelen geluiden een rol. Fluitende vogels of zingende krekels zorgen bij menigeen voor een goed gevoel.

 

Maar onze liefde voor het buitenleven heeft ook te maken met wat we waarnemen. Het oog wil ook wat. Ons gezichtsvermogen wordt in de natuur voortdurend geprikkeld. Dat komt niet eens zozeer door de rustgevende kleuren, zoals groen, bruin en beige. Belangrijker zijn de fractale patronen waaruit de natuur is opgebouwd. Neem een blad van een boom: als je het goed bestudeert, zie je in het blad een patroon dat zich telkens herhaalt, net zoals je in een broccoli weer een kleinere broccoli ontdekt als je er een stukje van afbreekt. De natuur op het platteland zit vol met die fractale patronen waarin we elke keer ‘het grote in het kleine’ kunnen zien. Die consequente vormen trekken onze aandacht zonder dat we ons ervoor hoeven in te spannen. Telkens als we aan die natuurlijke vormentaal worden blootgesteld, komen we tot rust en kunnen we ons op andere zaken concentreren. En omdat ‘fractals’ overal op het platteland voorkomen, maakt het type omgeving niet eens zoveel uit. In een bos of op een heideveld – overal gebeurt er in ons brein hetzelfde. Wat dat betreft is de natuur om ons heen letterlijk een lust voor het oog.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten